Home

Ten behoeve van de voortgang van het agrarisch natuur- en landschapsbeheer  is op 12 januari 2015 door 4 agrarische natuurverenigingen het collectief ‘Vereniging Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer Rijn & Gouwe Wiericke’ (VANlb RGW) opgericht.

Van oudsher is de landbouw de belangrijkste drager van de veenweide polders. Ontwikkelingen die in de landbouw spelen zijn schaalvergroting en verbreding. Schaalvergroting gaat soms gepaard met het dempen van sloten, wat gevolgen heeft voor het landschapsbeeld. Een belangrijke vorm van verbreding van de bedrijfsvoering is agrarisch natuurbeheer. Individueel of in groepen ontplooien agrariërs initiatieven voor weidevogelbeheer. Ook zijn er agrariërs die inspelen op het recreatieve gebruik van het gebied, onder andere door de verkoop van streekproducten.
Een groot deel van de landbouw heeft te maken met bodemdaling, in delen is verzilting een probleem. In het vervolg op het Veenweide convenant wordt de gezamenlijke koers van alle betrokken partijen in Gouwe Wiericke opnieuw vastgelegd. Daarin wordt een klimaat bestendige en duurzame toekomst voor het gebied uitgestippeld. Onderdelen van de gezamenlijke koers zijn: tegengaan van bodemdaling, goed waterbeheer, aandacht voor waterkwaliteit, toekomst voor de landbouw, aanleg van samenhangende natuurgebieden, behoud van het typische veenweide landschap en verbetering van recreatiemogelijkheden. (Bron: gebiedsprofiel Gouwe Wiericke)

Het collectief richt zich vooral op:
-Weidevogels
-Landschap
-Water & Bodem

Weidevogels:
Waarbij een minimale instandhouding of vergroting van de huidige populaties de ambitie is. Om dit waar te maken zal in (potentieel) kansrijk weidevogelgebied, voldoende kuikenland aanwezig moeten zijn. De deelnemers worden door resultaatbeloning gemotiveerd tot het beschermen van de weidevogels. Werving en selectie van deelnemers vindt plaats op basis van het NBP, historische gegevens, belangstelling, budget en nader te bepalen criteria (b.v. bij overschrijving).

Landschap:
De identiteit van grote delen van ons werkgebied is te danken aan het veenweidelandschap. Het meest karakteristieke resultaat daarvan zijn de sloten. Natuurlijke, mooie en levende sloten dragen bij aan de kwaliteit van onze leefomgeving en biodiversiteit èn vormen vanouds een fijnmazige dooradering. Het gebied kenmerkt zich ook door beeldbepalende landschappelijke elementen: geriefhoutbosjes, historische kades, fruitboomgaarden, knotbomen enz. De ambitie m.b.t. de landschappelijke elementen is het onderhouden van deze elementen, zeker waar predatie van weidevogels voorkomt.

Water & Bodem:
Omdat de Keur van de waterschappen enige vrijheid toestaat kan slootbeheer anders geambieerd worden, met meer waterkwaliteit en natuurwaarde. Boeren mogen weer trots zijn op hun eigen sloot, die net als de rest van hun bedrijf ook vol leven is. Het belang van een goede bodem komt steeds beter in beeld als basis voor agrarisch natuurbeheer en voor agrarische bedrijfsvoering.

Weidevogels, landschap en water & bodem:
Het collectief ambieert slootkantbeheer af te sluiten voor meerdere doelen, daar waar dat kan en/of nodig is. Het later maaien van perceelsranden verfraait b.v. het landschap (zie foto) Met perceelsranden kan tevens extra kuikenland gerealiseerd worden. Dit betekent dat kuikens binnen 30 meter van hun nest (percelen zijn in dit gebied vrijwel altijd smaller dan 60 meter) altijd een mogelijkheid hebben om in langer gras te komen. Deze stroken zullen de eerste jaren misschien nog niet overal de gewenste kruidenrijkdom hebben omdat de grasgroei nog te royaal is, maar als deze randen een paar jaar niet bemest zijn (wat nu in een deel van de situaties al het geval is), zal hier minder zwaar gewas staan. De verwachting is dat deze vorm van beheer positief bijdraagt aan zowel doelstellingen uit de Kader Richtlijn Water, als schuilgelegenheid voor pullen en als leefgebied voor allerlei insecten.